Tentoonstelling 'Schilder aan de Schelde - Frans Naerebout' in Maritiem Muzeeum Zeeland
Frans Naerebout volgde een opleiding tot scheepsbouwkundig tekenaar én aan de Rotterdamse Kunstacademie. Deze combinatie van opleidingen bepaalde Naerebouts carrière. Van het tekenen van schepen maakte hij zijn beroep.
Naast zijn kunstenaarschap leefde Frans Naerebout van commercieel werk. Hij maakte artist-impressions voor rederijen, opengewerkte doorsneden van scheepsontwerpen en hij tekende albumplaatjes met schepen voor Beschuitfabrikant Hooimeijer en Captain Grant shag. Hij schreef de populaire plaatjesalbums en tekende de illustraties die als premium bij de producten werden verpakt. De albums waren net zo geliefd en succesvol als die van Verkade. Van Het Zeegat uit, de eerste uitgave met 84 pagina’s, zijn meer dan dertigduizend exemplaren verkocht.
Naerebout woonde vanaf 1953 in Vlissingen, waar passerende schepen zijn inspiratiebron vormden. In 1962 werd Frans Naerebout tekenleraar aan de HBS/scholengemeenschap Scheldemond in Vlissingen en docent aan de Vrij Academie. Hij stuurde zijn leerlingen de stad in, naar het Rondeel en leerde ze gedetailleerd kijken naar het metselwerk van het Keizersbolwerk. Of naar de Boulevard met zicht op de bocht naar het Nollestrand, waarmee hij ze perspectieftekenen liet oefenen. Hij inspireerde zijn leerlingen om ‘anders te kijken’ en te experimenteren. Hij liet ze zelfs de grauwe kale muren van de Vlissingse binnenstad beschilderen en ontwerpen maken voor de herinrichting van de stad. Door zijn onorthodoxe manier van lesgeven werd hij door zijn leerlingen op handen gedragen.
Vanaf 1973, de jaren na de eerste oliecrisis, was Frans Naerebout ervan overtuigd dat de zeilvaart een belangrijke rol in de commerciële scheepvaart kan vervullen. Hij promootte moderne technieken van windvoortstuwing en maakte illustraties van futuristisch ogende zeilschepen. Zijn baanbrekende ideeën vonden weinig navolging in Nederland. Tot zijn dood in 1988 hield Frans Naerebout zich bezig met het ‘zeilschip van de toekomst’.